Size counts
Onze jarenlange ervaring met begrazing heeft een simpele basisregel opgeleverd: size counts. De omvang van kuddes, de omvang van individuele dieren en de omvang van hun hoorns in uitgestrekte landschappen maken dat hun impact groter is dan bij de inzet van kleinere kuddes in kleinere terreinen of met hoornloze rassen. We zien dat onze volwassen Tauros-stieren – met een gewicht tot 1.200 kg – als een bulldozer door een bos gaan en daarmee veel meer openheid maken en onderhouden dan bv een veel kleinere galloway.
De omvang van de hoorns doet er ook toe. Stieren en koeien gebruiken ze niet alleen als communicatiemiddel, maar ook als gereedschap. En niet alleen voor zichzelf: we zien regelmatig dat stieren een jonge boom met hun massieve hoorns ombuigen om de rest van de kudde mee te laten profiteren van de sappige blaadjes waar ze anders niet bij kunnen.
Dat geldt ook voor de kudde-omvang. Grotere kuddes trekken als een mega-stofzuiger door het landschap met een hoge impact op de vegetatie die daarna de gelegenheid krijgt zich te herstellen. Maar dat kan alleen in grotere landschappen waarin kuddes ook daadwerkelijk hun natuurlijk trekgedrag kunnen vertonen.
Size counts geldt ook wanneer grote predatoren in het spel zijn. Wolven – zelfs als het er tientallen zijn zoals in Kroatië waar een kudde Taurossen op de Likaplains graast – blijven op respectabele afstand als de kuddes zich ’s nachts tot een grote cirkel vormen met de hoorns naarbuiten gericht en de kwetsbare dieren in het midden. We zien daar mutualisme optreden: andere soorten die de bescherming van die ring van hoorns op zoeken, zoals paarden, maar ook reeën.